Aardse en hemelse roeping

Volgens de bekende uitleg hebben, wij christenen, een hemelse roeping en Israël een aardse roeping.

Het wordt ook wel anders gezegd: wij verwachten een plaats in  de hemel. Voor Israël is het aardse Koninkrijk weggelegd als de Here Jezus 1000 jaar op aarde zal regeren.

Laten we hierover eens wat bijbelteksten opzoeken.

17. Van toen af begon Jezus te prediken en te zeggen: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen.

Mattheüs 4

De uitleg van de aardse roeping stelt ook dat de vier evangeliën eigenlijk nog bij het Oude Testament behoren en betrekking hebben op Israël. Dat zou betekenen dat het Koninkrijk der Hemelen juist (alleen?) voor Israël bedoeld is, want dat was wat de Here Jezus aan hen predikte. Voor Mattheus gebruikt deze term. In een ander evangelie wordt vooral de term ‘Koninkrijk van God’ gebruikt.

3 Zalig zijn de armen van geest, want van hen is het Koninkrijk der hemelen.

5. Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven.

10. Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid, want van hen is het Koninkrijk der hemelen.

11. Zalig bent u als men u smaadt en vervolgt, en door te liegen allerlei kwaad tegen u spreekt, omwille van Mij.

12. Verblijd en verheug u, want uw loon is groot in de hemelen, want zo hebben ze de profeten vervolgd die er vóór u geweest zijn.

Mattheüs 5

Wat mij altijd opgevallen is, in deze teksten, dat niet alleen (het Koninkrijk van) de hemel maar ook ‘de aarde beërven’ een belofte van God is.
Is dat niet tegenstrijdig?

En als de Here Jezus hier alleen tot de Israëlieten sprak… geldt dit dan niet voor ons christenen?

Sterker nog je zou zelfs kunnen stellen dat de Here Jezus zegt dat als je de wet (van Mozes) goed houdt, dan je dan in het Koninkrijk van de hemel komt.

18 Want, voorwaar, Ik zeg u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet één jota of één tittel van de Wet voorbijgaan, totdat het alles geschied is.

19. Wie dan een van deze geringste geboden afschaft en de mensen zo onderwijst, zal de geringste genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar wie ze doet en onderwijst, die zal groot genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen.

Mattheüs 5

1. Daarom, heilige broeders, deelgenoten aan de hemelse roeping, let op de Apostel en Hogepriester van onze belijdenis: Christus Jezus.

Hebreeën 3

20. Ons burgerschap is echter in de hemelen, waaruit wij ook de Zaligmaker verwachten, namelijk de Heere Jezus Christus,

Filippenzen 3

52. Hij zei tegen hen: Daarom, iedere schriftgeleerde, in het Koninkrijk der hemelen onderwezen, is gelijk aan een heer des huizes die uit zijn voorraad nieuwe en oude dingen tevoorschijn haalt.

Mattheüs 13

Deze tekst lijkt te zeggen dat de schriftgeleerden, al onderwezen waren over het Koninkrijk der Hemelen, vanuit het Oude Testament. 
Het is niet helemaal duidelijk of het om dé schriftgeleerden gaat of dat het meer algemeen bedoeld is. 
Maar het is hoe dan ook een opmerkelijke tekst. 

16a. Maar nu verlangen zij naar een beter, dat is naar een hemels vaderland.

Hebreeën 11

‘Zij’ zijn de gelovige Israëlieten en anderen mensen vóórdat de Here Jezus gekomen was. Kennelijk komen zij (wel?) in aanmerking voor het Hemelse Vaderland….?

Ps. Ik heb (nog?) geen duidelijke teksten kunnen vinden,
waaruit het verschil in een aardse en hemelse roeping zou kunnen blijken.